De drie schepen zullen allen ongeveer 107 meter lang en 16 meter breed worden. Ze zullen voornamelijk worden ingezet voor offshore-diensten, bijvoorbeeld voor het installeren en onderhouden van windmolen-parken op zee. De boeg bevat genoeg ruimte voor uitgebreide werkzaamheden aan dek. Het gebruik van het DC-bus systeem heeft gevolgen voor het hele ontwerp van de schepen. Er worden veel kleine componenten in plaats van de originele grotere gebruikt. Hierdoor kan het schip veel makkelijker geoptimaliseerd worden voor een bepaalde taak.

Het eerste schip zal in maart 2012 opgeleverd gaan worden. Alle schepen zullen twee onafhankelijke voortstuwings-installaties krijgen; eentje aan bakboord en eentje aan stuurboord, en deze zullen worden aangedreven door drie generatoren die elk 500kW leveren. Verder zal er nog een aandrijfmotor, een boegschroef en een rotatie-omvormer aan boord zijn. Als één voortstuwings-installatie er eventueel mee ophoudt, dan kan het schip gewoon op de andere door blijven gaan, maar dan wel op halve kracht. Dit zorgt er voor dat de schade enigszins beperkt blijft.

Alewijnse ontwerpt het DC-bus systeem in samenwerking met het bedrijf Vacon. Het gebruik van dit DC-bus systeem brengt een aantal voordelen met zich mee ten opzichte van de gelijkwaardige, even dure andere systemen. Een paar voordelen zijn: snel synchroniseren, zodat er snel vermogen geleverd kan worden als daar om gevraagd wordt, geen harmonische vervormingen, en verbeterde redundantie. Ook is het systeem vrij simpel, wat de mogelijkheden op falen beperkt. Ten slotte blijven alle bijkomende voordelen van diesel-elektrische voortstuwing ook van toepassing. Dit houdt in dat onder andere de uitstoot veel lager is en dat de motor erg efficiënt draait.

Bron en foto: MarineLink.