Deze dag begon met vijf uur praktijkles Automatisering. De eerste twee uren gingen we verder met ons opdrachtenboek van deze module. Tijdens de opdrachten moeten we een opstelling opbouwen met onder andere (dubbelwerkende) cilinders, ventielen en rolschakelaars. Deze opstellingen werken met lucht. De componenten in elke opstelling worden aangestuurd door drukknoppen, verschillende relais, etc. via het elektrische stuurschema. Naast het bouwen van de opstellingen moeten we er ook enkele vragen over beantwoorden, en komt het ook voor dat we (delen van) schema’s zelf moeten verzinnen volgens aangegeven criteria.

Het derde uur begon de andere praktijkles Automatisering. Tijdens deze les hebben we in groepjes elk een ander systeem bekeken. Vanochtend begonnen wij met de pneumatisch werkende regelklep met klepstandsteller (zie foto). De opdracht was het begrijpen van de werking van deze regelklep. We hebben de klep eerst direct aangesloten, en gekeken hoeveel kPa lucht er nodig was om de klep 0 en 100% open te zetten. Daarna hebben we ook de klepstandsteller aangesloten, 4 bar erop gezet, en via het bord in stapjes 4 tot 20 mA aan de steller gegeven, en gekeken hoever de klep in dit geval opende. Het andere systeem dat we hadden bekeken, was een systeem met een P-regelaar, waarmee de stand van zo’n pneumatisch werkende regelklep te regelen was.

Om 13:30 uur was het tijd voor de les Instrumenten. Deze keer hebben we het hier onder andere gehad over de stuurautomaat aan boord. We hebben bijvoorbeeld gekeken welke soorten stuurautomaten er zijn, en waar de werking van deze systemen op rust. Ook hebben we het kort gehad over het AIS-systeem. Van dit systeem hebben we eveneens de werking bekeken. Ten slotte hebben we nog enkele vragen behandeld over de loden en het GPS.